Rechtspraak
Raadsbeslissing; klacht van een advocaat over een advocaat. Verweerder heeft tuchtrechtelijk verwijtbaar gehandeld door zonder toestemming van klager een e-mail van klager gericht aan de gevolmachtigde van zijn cliƫnten (die door een verzendvergissing bij verweerder terecht was gekomen) in de procedure in te brengen. De door verweerder naar voren gebrachte omstandigheden bieden geen rechtvaardiging voor dit handelen. De kwestie over de (proces)volmacht had ook op andere wijze aan de orde gesteld kunnen worden. Daarmee is de klacht gegrond. Ondanks de gegrondverklaring, is geen maatregel opgelegd. Verweerder heeft het gebruik van de e-mail aangekondigd en klager heeft hiertegen niet geprotesteerd. Ook na het toezenden van de producties en daarna op de zitting heeft klager zijn bezwaren tegen het gebruik van de e-mail niet kenbaar gemaakt. Klager heeft derhalve drie gelegenheden voorbij laten gaan zonder zijn bezwaren tegen de overlegging van de e-mail te uiten. Vervolgens heeft klager pas twee jaar later zijn klacht hierover tegen verweerder ingediend. Tot slot bevat de e-mail geen vertrouwelijke informatie, maar gaat het slechts om het doorsturen van een rolbericht.