Naar boven ↑

Rechtspraak

Behandeld in Nieuwbrief NOvA Tuchtrecht Updates 2021-10

Dekenbezwaar gericht tegen zes advocaten (verweerders) die in dienst zijn bij BrandMR, een zusteronderneming van SRK Rechtsbijstand B.V. BrandMR verleent op betalende basis rechtsbijstand aan klanten die geen rechtsbijstandverzekering hebben. Op grond van de Voda is het verweerders niet toegestaan om, terwijl zij in dienst zijn bij SRK, rechtsbijstand te verlenen aan klanten van BrandMR, omdat zij alleen klanten mogen bijstaan die verzekerd zijn op grond van een rechtsbijstandverzekering. Het hof is het eens met het standpunt van de deken dat de presentatie van verweerders op de website van BrandMR de indruk wekt dat zij diensten voor BrandMR verrichten en dit een misleidend beeld geeft. Verweerders hebben verklaard dat zij zich destijds  op deze wijze op de website van BrandMR hebben gepresenteerd, omdat zij het concept van BrandMR wilden steunen en het er niet mee eens zijn dat zij geen diensten voor BrandMR mochten verrichten. Dit doel rechtvaardigt geenszins de wijze waarop verweerders zich op de website hebben gepresenteerd. De deken heeft verweerders er meerdere keren voor gewaarschuwd dat zij de gedragsregels overtraden en verweerders hebben er willens en wetens voor gekozen om de wijze waarop zij zich op de website presenteren niet in overeenstemming te brengen met de op dat moment geldende regelgeving. Het hof acht de maatregel van waarschuwing passend en geboden. Een na de mondelinge behandeling binnengekomen intrekking van het hoger beroep (zonder nadere motivering) van een van de verweerders heeft het hof naast zich neergelegd, in dat stadium is een intrekking zoals bedoeld in artikel 56, vijfde lid van de Advocatenwet niet meer aan de orde.