Naar boven ↑

Rechtspraak

Uitspraakdatum

01-05-2023

ECLI

ECLI:NL:TADRAMS:2023:93

Zaaknummer

22-625/A/A

Zaaknummer

22-626/A/A

Inhoudsindicatie

verzetzaken. Het verzet is ongegrond 

Uitspraak

Beslissing van de Raad van Discipline in het ressort Amsterdam van 1 mei 2023 in de zaken 22-625/A/A en 22-626/A/A  naar aanleiding van het verzet tegen de beslissing van de voorzitter van de raad van discipline van 5 september 2022 op de klacht van:

klaagster

over:     verweerders

1    VERLOOP VAN DE PROCEDURE 1.1    Op 3 december 2021 heeft klaagster bij de deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement Amsterdam (hierna: de deken) een klacht ingediend over verweerders. Verweerster is advocaat in het arrondissement Noord-Nederland. De deken Amsterdam heeft de klacht over verweerster, die nauw samenhangt met de klacht over verweerder, met medeweten en instemming van de deken Noord-Nederland onderzocht. Bij beslissing van 28 juli 2022 heeft de voorzitter van het Hof van Discipline op verzoek van de deken Amsterdam deze raad aangewezen om de klacht over verweerster te behandelen.  1.2    Op 2 augustus 2022 heeft de raad het klachtdossier met kenmerk 2021-1627026/EJH/FS van de deken ontvangen.  1.3    Bij beslissing van 5 september 2022 heeft de voorzitter van de raad (hierna ook: de voorzitter) de klacht over verweerders kennelijk ongegrond verklaard. Deze beslissing is op dezelfde datum verzonden aan partijen. 1.4    Op 15 september 2022 heeft klaagster verzet ingesteld tegen de beslissing van de voorzitter. De raad heeft het verzetschrift op dezelfde datum ontvangen. 1.5    Het verzet is behandeld op de zitting van de raad van 20 maart 2023. Daarbij was verweerder aanwezig. Klaagster is na voorafgaand bericht in verband met ziekte niet verschenen. Zij heeft in dat bericht nog een nadere toelichting verstrekt.   1.6    De raad heeft kennisgenomen van de beslissing van de voorzitter waartegen het verzet is gericht, van de stukken waarop de voorzittersbeslissing is gebaseerd en van het verzetschrift van de onder 1.5 genoemde nadere toelichting.

2    VERZET 2.1    De gronden van het verzet houden, zakelijk weergegeven, het volgende in: 2.2    In de beslissing van de voorzitter is voorbijgegaan aan het feit dat in de procedure over de schadevergoedingsvordering nergens is gebleken dat verweerster hier een inbreng heeft gehad. Ook is in de voorzittersbeslissing voorbij gegaan aan het feit dat de handtekening van verweerder onder de naam of aanduiding van verweerster niet rechtsgeldig is. In de voorzittersbeslissing is bovendien gesteld dat van valsheid in geschrifte geen sprake is, maar is dit niet beargumenteerd.  2.3    Tegen de vaststaande feiten en de klachtomschrijving komt klaagster in verzet niet op. 

3    FEITEN EN KLACHT 3.1    Voor de vaststaande feiten en de omschrijving van de klacht verwijst de raad naar de beslissing van de voorzitter. 

4    BEOORDELING

4.1    Voordat de raad de klacht inhoudelijk kan beoordelen moet sprake zijn van een gegrond verzet. Een verzet is alleen gegrond als in redelijkheid moet worden betwijfeld of de beslissing van de voorzitter juist is. Twijfel kan bijvoorbeeld bestaan als de voorzitter een verkeerde maatstaf (toetsingsnorm) heeft toegepast of de beslissing heeft gebaseerd op onjuiste of onvolledige feiten. 4.2    De raad is van oordeel dat de door klaagster aangevoerde verzetgronden niet slagen; de voorzitter heeft bij de beoordeling de juiste maatstaf toegepast en heeft rekening gehouden met alle relevante feiten en omstandigheden van het geval. Zij heeft de klacht dus terecht en op juiste gronden kennelijk ongegrond bevonden.  4.3    Omdat het verzet tegen de beslissing van de voorzitter ook verder geen nieuwe gezichtspunten oplevert, is er geen plaats voor nader onderzoek naar de klacht. De raad zal het verzet daarom ongegrond verklaren. 

BESLISSING De raad van discipline verklaart het verzet ongegrond. Aldus beslist door mr. E.J. van der Molen, voorzitter, mrs. C.C. Oberman en L.C. Dufour, leden, bijgestaan door mr. P.J. van Vliet als griffier en uitgesproken ter openbare zitting van 1 mei 2023. Griffier    Voorzitter Verzonden op: 1 mei 2023