Naar boven ↑

Rechtspraak

Uitspraakdatum

20-06-2011

ECLI

ECLI:NL:TADRSGR:2011:YA1818

Zaaknummer

R. 3727/11.129

Inhoudsindicatie

De advocaat komt een grote mate van vrijheid toe om de belangen van zijn cliënt te behartigen op de wijze die hem passend voorkomt. Deze vrijheid mag niet ten gunste van een (processuele) wederpartij worden beknot, tenzij de belangen van die wederpartij nodeloos en op ontoelaatbare wijze worden geschaad. De advocaat mag zich ten processe niet onnodig grievend uitlaten over de wederpartij van zijn cliënt. I.c. kon niet worden vastgesteld dat de advocaat de in de faxbrief gekozen bewoordingen geen ander doel dienden dan klaagster te beledigen.

Uitspraak

Verloop van de procedure

1 Bij brief van 16 maart 2011 heeft klaagster een klacht ingediend tegen verweerster. Na het door de wet voorgeschreven onderzoek, verricht door de Deken van de Orde van Advocaten bij de Hoge Raad der Nederlanden, is het dossier op 30 mei 2011 bij de Raad van Discipline binnengekomen.

 

Inhoud van de klacht

2 Klaagster verwijt verweerster dat zij zich bij faxbrief van 25 februari 2011 aan de kantonrechter te ’s-Gravenhage onnodig grievend jegens klaagster heeft uitgelaten.

 

De feiten

3 Uit de stukken blijkt het volgende:

- Verweerster behartigt de belangen van H. en M. bij de aanvraag voor een ondercuratelestelling.

- Klaagster behartigt de belangen van de zussen van de cliënten van verweerster.

- Bij faxbrief van 25 februari 2011 heeft verweerster de kantonrechter, voor zover in deze relevant, het volgende geschreven:

“De advocaten van de zussen van cliënten, mevrouw C. en P. (red.), klaagster (red.), heeft gemeend zich tevens te moeten opwerpen voor mijn cliënten en heeft haar collega, mr. K. (red.), ingeschakeld om te trachten op te treden voor H. en M. (red.), waartoe geen middel wordt geschuwd.

Zowel de provisioneel bewindvoerder als ik zelf zijn van mening dat een dergelijk optreden niet in het belang van cliënten is.”

 

Beoordeling van de klacht

4.1 Vooropgesteld wordt dat de advocaat een grote mate van vrijheid toekomt om de belangen van zijn cliënt te behartigen op de wijze die hem passend voorkomt. Deze vrijheid mag niet ten gunste van een (processuele) wederpartij worden beknot, tenzij de belangen van die wederpartij nodeloos en op ontoelaatbare wijze worden geschaad. De advocaat mag zich ten processe niet onnodig grievend uitlaten over de wederpartij van zijn cliënt. 

4.2 In het onderhavige geval is niet gebleken dat verweerster de hiervoor bedoelde haar toekomende ruime mate van vrijheid te buiten is gegaan dan wel zich in enig ander opzicht niet heeft gedragen zoals een behoorlijk advocaat betaamt. Niet kan worden vastgesteld dat de door verweerster in bedoelde faxbrief gekozen bewoordingen geen ander doel dienden dan klaagster te beledigen.

4.3 Gelet op het voorgaande dient de klacht als kennelijk ongegrond te worden afgewezen.

 

Beslissende

Wijst de klacht als kennelijk ongegrond af.

Aldus gedaan door mr. A.F.L. Geerdes, voorzitter van de Raad van Discipline in het ressort ’s-Gravenhage op 20 juni 2011.

 

Voorzitter   

 

 

Van deze beslissing kan binnen 14 dagen na verzending van het afschrift verzet worden ingesteld.

De eerste dag van deze termijn van 14 dagen is de dag volgend op de dag van de verzending van het afschrift. Uiterlijk op de veertiende dag dient Uw verzetschrift in het bezit te zijn van de griffier van de Raad van Discipline. Het gaat mitsdien niet om tijdige verzending van het verzetschrift maar om tijdige ontvangst door de griffie van de Raad. U dient er rekening mee te houden dat verlenging van deze termijn niet tot de mogelijkheden behoort.