Naar boven ↑

Rechtspraak

Uitspraakdatum

11-01-2010

ECLI

ECLI:NL:TADRSHE:2010:YA0281

Zaaknummer

R 190 - 2009

Inhoudsindicatie

 

Inhoudsindicatie

De advocaat tegen wie een klacht is ingediend is verplicht de nodige inlichtingen aan de deken te verstrekken. Door niet op alle vragen te antwoorden en niet meer te reageren op latere verzoeken om informatie van de deken, heeft verweerder de deken belemmerd in diens taakuitoefening, wat een advocaat tuchtrechtelijk ernstig valt aan te rekenen. Voorzover een advocaat (nog) niet beschikt over de door de deken gevraagde informatie, dient hij de deken hierover te informeren.

Inhoudsindicatie

Dekenbezwaar gegrond; berisping.

Uitspraak

 

BESLISSING

van de Raad van Discipline in het ressort ’s-Hertogenbosch inzake het bezwaar van

 

deken

 

tegen

 

verweerder

 

_____________________________________________________________________

 

Verloop van de bezwaarprocedure.

Bij schrijven van 28 juli 2009, verzonden op 14 augustus 2009 en door de raad ontvangen op 18 augustus 2009, heeft de deken de stukken in bovenvermelde klachtzaak aan de raad doen toekomen welke stukken vermeld zijn in de bij voormelde brief gevoegde inventarisstaat.

De raad ontving een brief dd. 13 november 2009, met bijlagen, van verweerder. De stukken zijn aan het klachtdossier toegevoegd.

 

De mondelinge behandeling heeft plaatsgevonden op 30 november 2009 waarvoor partijen werden opgeroepen bij brieven van de griffier van 14 september 2009, waarbij aan hen werd medegedeeld dat de stukken ter inzage zouden liggen ten kantore van de griffier tot 16 november 2009.

 

Ter mondelinge behandeling waren de deken, adjunct secretaris van de raad van toezicht van de orde van advocaten te Roermond en verweerder aanwezig.

 

Vaststelling van de feiten voorzover voor het bezwaar van belang.

Verweerder heeft in de periode 2000/2001 de heer X bijgestaan in een strafrechtprocedure. Door de rechtbank werd bij beschikkingen dd. 18 april 2001 aan de heer X een bedrag van fl. 400,- toegekend in verband met onterechte hechtenis en een bedrag van fl. 5.186,22 ter zake kosten raadsman. Deze bedragen zijn betaald op de derdengeldrekening van het kantoor van verweerder.

Door de heer X zijn bij de deken vier klachten ingediend tegen verweerder. De deken heeft verweerder bij brief dd. 26 februari 2009 verzocht hierop te reageren en een aantal vragen van de deken naar aanleiding van die klachten te beantwoorden. Verweerder heeft op 1 april 2009 op voormelde brief van de deken gereageerd.

De deken heeft verweerder naar aanleiding van zijn reactie bij brief dd. 14 april 2009 een aantal vragen gesteld betreffende de klachten 2 en 4. Verweerder heeft per e-mail dd. 1 mei 2009 toegezegd de informatie in week 20 aan de deken toe te zullen zenden. De deken heeft verweerder bij brief dd. 4 mei 2009 in de gelegenheid gesteld zijn reactie uiterlijk op 15 mei 2009 aan de deken toe testuren. Op 26 mei 2009 is namens de deken telefonisch aan de secretaresse van verweerder doorgegeven dat verweerder per omgaande diende te reageren op de brief van de deken van 14 april 2009. Op 28 mei 2009 heeft verweerder aan de adjunct secretaris medegedeeld dat hij een en ander nog moest uitzoeken. Hij zou het begin van de volgende week reageren.

Op 10 juni 2009 heeft de adjunct secretaris verweerder opnieuw gerappelleerd en hem verzocht uiterlijk op 10 juni 2009 te reageren.

Bij brief dd. 22 juni 2009 heeft de deken verweerder bericht dat hij nog steeds geen antwoord van verweerder had ontvangen. De deken stelde verweerder in de gelegenheid uiterlijk 26 juni 2009 te antwoorden, bij gebreke waarvan hij de klacht zonder nadere informatie zou afwikkelen. Bij brief dd. 28 juli 2009 heeft de deken verweerder bericht het onderzoek in de zaak van de heer X tijdelijk te hebben stopgezet en ter zake daarvan een dekenbezwaar bij de raad van discipline te hebben ingediend.

Op 14 augustus 2009 heeft de deken zijn dekenbezwaar aan de raad van Discpline verzonden.

Op 5 oktober 2009 heeft een mondeling gesprek tussen de deken en verweerder plaatsgevonden. Dit gesprek was voor de deken geen aanleiding zijn bezwaar in te trekken.

 

Inhoud van het bezwaar.

Verweerder heeft in een onderzoek van de deken naar tegen verweerder ingediende klachten, vragen van de deken, niet beantwoord, . ondanks herhaald verzoek en toezeggingen dit wel te doen.

 

Standpunt van verweerder.

Verweerder beschikte niet eerder over de benodigde informatie. Hij heeft dit tijdens het mondeling gesprek met de deken op 5 oktober 2009 ook tegen de deken gezegd. Verweerder beschikte pas op 13 november 2009 over de benodigde informatie en heeft deze voorafgaand aan de zitting van de raad aan de deken verstrekt.

 

Beoordeling van het bezwaar.

Vast staat dat verweerder eenmaal heeft gereageerd op het verzoek van de deken om te reageren op klachten van de heer X. Verweerder heeft daarna, ondanks diverse rappellen van of namens de deken en ondanks diverse toezeggingen te zullen reageren van verweerder, niet meer gereageerd op nadere vragen van de deken. Verweerder heeft de deken aldus belemmerd in zijn onderzoek naar de door de heer X ingediende klachten.

In de advocatenwet is aan de raden van toezicht en daarmede aan de deken onder meer opgedragen een behoorlijke uitoefening van de praktijk te bevorderen en toe te zien op de naleving van de plichten van de advocaat als zodanig terwijl zij de taken vervullen die hun bij verordeningen zijn opgelegd. Bovendien heeft de wetgever in het tuchtrecht belangijke taken voor de deken weggelegd. Zo heeft de deken de taak om een onderzoek in te stellen naar elke bij hem ingediende klacht en te trachten in der minne een schikking te bereiken. Hierdoor is het voor de deken van belang om alle feiten en omstandigheden te kennen. De advocaat tegen wie een klacht is ingediend is daarom in het algemeen verplicht de nodige inlichtingen aan de deken te verstrekken. Het was in dat kader dat de deken verweerder vroeg hem te informeren omtrent de bij hem ingediende klacht. Door niet op alle vragen te antwoorden en niet meer te reageren op latere verzoeken van de deken  belemmerde verweerder de deken in diens hiervoor omschreven taakuitoefening. Voorzover verweeerder niet over de benodigde informatie kon beschikken, had het op zijn weg gelegen de deken hierover gemotiveerd te informeren en aan te geven welke stappen hij zou ondernemen om de gevraagde informatie boven tafel te krijgen.

Op grond van het bovenstaande heeft verweerder niet gehandeld zoals een behoorlijk advocaat betaamt, zodat het bezwaar gegrond is.

Het frustreren van een onderzoek van de deken valt een advocaat dusdanig tuchtrechtelijk aan te rekenen, dat niet kan worden volstaan met een lichtere dan de hierna op te leggen maatregel.

 

 

BESLISSING.

 

De raad verklaart het bezwaar gegrond en legt verweerder ter zake op de maatregel van berisping.

 

Aldus gegeven door mw. mr. W.E.A. Gimbrère-Straetmans, voorzitter en mrs. L.R.G.M. Spronken, J.D.E. van den Heuvel, A.L.W.G. Houtakkers en R.G.A.M. Theunissen, leden, in tegenwoordigheid van mr. I.J.M. Huysmans-van Opstal, griffier, en in het openbaar uitgesproken op 11 januari 2010.

 

 

griffier.                                                            voorzitter.

 

 

Verzonden op:12 januari 2010

 

 

Van deze beslissing kan binnen 30 dagen na verzending van het afschrift hoger beroep worden ingesteld bij het Hof van Discipline.

De eerste dag van de termijn van 30 dagen is de dag volgend op de dag van de verzending van het afschrift. Uiterlijk op de dertigste dag dient Uw appelmemorie in het bezit te zijn van de griffier van het Hof van Discipline. Het gaat mitsdien niet om tijdige verzending van de appelmemorie, maar om tijdige ontvangst door de griffier van het Hof van Discipline. U dient er rekening mee te houden dat verlenging van deze termijn niet tot de mogelijkheden behoort. Beroep dient te worden ingesteld door middel van een memorie, waarin de gronden van het beroep zijn vermeld en van een motivering zijn voorzien.

De memorie dient in zevenvoud te worden ingediend en vergezeld te zijn van zes kopieën van de beslissing waartegen beroep wordt ingesteld.

 

De appelmemorie kan op de volgende wijzen worden ingediend bij het Hof van Discipline:

Per Post.

Het postadres van de griffie van het Hof van Discipline is: postbus 132, 4840 AC Prinsenbeek.

Bezorging.

De griffie is gevestigd aan het adres Markt 44, 4841 AC te Prinsenbeek. Bezorging kan uitsluitend plaatsvinden op de gebruikelijke werkdagen tijdens de gebruikelijke kantooruren.

Per fax.

Het faxnummer van het Hof van Discipline is : 076 – 5484608.

Tegelijkertijd met de indiening per fax dienen de originele stukken per post te worden toegezonden aan de griffie van het Hof in het vereiste aantal.

 

Voor het inwinnen van informatie : het telefoonnummer van het Hof van Discipline is : 076 - 5484607.