Naar boven ↑

Rechtspraak

Uitspraakdatum

18-01-2010

ECLI

ECLI:NL:TADRSGR:2010:YA0460

Zaaknummer

R. 3282/09.114

Inhoudsindicatie

Verzoek tot schorsing ex art.60ab naast procedure ex art. 60c jo. art. 60b. Afgewezen wegens gebrek aan belang door gelijktijdig uitgesproken schorsing in de andere procedure.

Uitspraak

 PROCEDUREVERLOOP

1.1        Bij brief van 28 oktober 2009 heeft verzoeker bij de Raad van Discipline een verzoek ex artikel 60ab Advocatenwet ingediend.

1.2        Het verzoek is op 29 oktober 2009 door de griffier van de Raad aan verweerder gezonden.

1.3        Bij brieven van de griffier van 4 november 2009 zijn verzoeker en verweerder opgeroepen voor de mondelinge behandeling van het verzoek ex artikel 60ab Advocatenwet door de voltallige Raad van Discipline.

1.4        De Raad heeft, in de samenstelling zoals is vermeld aan het slot van deze beslissing, kennis genomen van de dossierstukken, waaronder de stukken van het bij deze Raad aanhangige verzoek ex artikel 60c Advocatenwet (nummer R.3282/09.114 (60c)).

1.5        Het verzoek is behandeld ter zitting van de Raad van 16 december 2009. Op verzoek van verweerder vond deze in het openbaar plaats. Verschenen is verzoeker, vergezeld door een lid van de Raad van Toezicht. Verweerder is verschenen, bijgestaan door mr. G. Spong, advocaat te Amsterdam. Voorts is mr. B., rapporteur, verschenen. Mr. Spong heeft pleitnotities overgelegd.

 

FEITEN

2.1        Bij brief van 31 juli 2009 heeft verzoeker aan de voorzitter van de Raad een verzoek ex artikel 60c Advocatenwet doen toekomen.

2.2        Bij beslissing van 27 augustus 2009 heeft de voorzitter van de Raad het verzoek toegewezen en een onderzoek ex artikel 60c Advocatenwet gelast naar de toestand waarin de praktijk van verweerder zich bevindt, met benoeming van mr. B., advocaat te Haarlem, tot rapporteur, hierna: de rapporteur.

2.3        De rapporteur heeft bij brief van 2 oktober 2009, bij de Raad ontvangen op 6 oktober 2009, zijn rapport van onderzoek, hierna: het rapport, aan de Raad gezonden.

2.4        Het rapport is door de griffier van de Raad aan partijen gezonden.

2.5        Bij beslissing van 12 oktober 2009 heeft de Raad verweerder in de gelegenheid gesteld om schriftelijk te reageren op het rapport, met bepaling dat verzoeker en verweerder worden gehoord ter zitting van de Raad van 23 november 2009.

2.6        Verzoeker heeft bij brief van 28 oktober 2009 op het rapport gereageerd en daarbij tevens het onderhavige verzoek ex artikel 60ab Advocatenwet ingediend.

2.7        Verweerder heeft op het rapport gereageerd. Bij de Raad zijn reacties ontvangen van mr. x en mr. G, kantoorgenoten van verweerder.

 

VERZOEK

3.1        Verzoeker heeft de Raad verzocht om verweerder op grond van artikel 60ab Advocatenwet met onmiddellijke ingang te schorsen in de uitoefening van zijn praktijk daar het door artikel 46 Advocatenwet beschermde belang dit vergt.

3.2        Verzoeker heeft het verzoek gemotiveerd, op welke motivering de Raad hierna waar nodig zal ingaan.

 

VERWEER

4.1        Verweerder heeft ter zitting van 16 december 2009 verweer gevoerd, op welk verweer de Raad hierna waar nodig zal ingaan.

 

BEOORDELING

5.1        Op grond van artikel 60ab Advocatenwet kan de Raad van Discipline, op een daartoe strekkend verzoek van de Deken, de advocaat jegens wie een ernstig vermoeden is gerezen van een handelen of nalaten waardoor enig door artikel 46 Advocatenwet beschermd belang zeer ernstig is geschaad of dreigt te worden geschaad, met onmiddellijke ingang schorsen in de uitoefening van de praktijk of een voorlopige voorziening met betrekking tot de praktijkuitoefening van die advocaat treffen.

5.2        Overwogen wordt dat de Raad in de onder nummer 1.4 genoemde procedure ex artikel 60c Advocatenwet tegelijk met de onderhavige beslissing beslist tot schorsing van verweerder in de praktijkuitoefening, zulks met ingang van de elfde dag na die beslissing en voor onbepaalde tijd. Tevens treft de Raad daarbij een voorziening met betrekking tot de praktijkuitoefening.

5.3        De Raad is van oordeel dat genoemde beslissing ex artikel 60c jo. artikel 60g en artikel 60b Advocatenwet tot gevolg heeft dat verzoeker bij het onderhavige verzoek ex artikel 60ab Advocatenwet geen zelfstandig belang (meer) heeft.

Daarom kan thans onbesproken blijven of aan het criterium van artikel 60ab Advocatenwet wordt voldaan.

5.4        Het onderhavige verzoek zal derhalve worden afgewezen.

5.5        De onderhavige beslissing berust op artikel 60ab Advocatenwet.

 

BESLISSING

6.1        De Raad van Discipline in het ressort 's-Gravenhage:

-               wijst het verzoek af.

 

Aldus gewezen door mr. A.F.L. Geerdes, voorzitter, mr. P.S. Kamminga, mr. J.A. van Keulen, mr. L.Ph.J. baron van Utenhove, mr. E.J. van der Wilk, leden, in aanwezigheid van mr. P. Rijpstra, grif­fier, en uitgespro­ken op 18 januari 2010.

 

 

 

griffier                                                                                                           voorzitter

 

 

 

Van deze beslissing kan met inachtneming van art. 60ab Advocatenwet binnen dertig dagen na verzending van het afschrift hoger beroep worden ingesteld bij het Hof van Discipline.

De eerste dag van deze termijn van dertig dagen is de dag volgend op de dag van de verzending van het afschrift. Uiter­lijk op de dertigste dag dient Uw appèlmemorie in het bezit te zijn van de griffier van het Hof van Discipline. Het gaat mitsdien niet om tijdige verzending van de appèlmemorie maar om tijdige ontvangst door de griffie van het Hof van Discipli­ne.

U dient er rekening mee te houden dat verlenging van deze termijn niet tot de mogelijkheden behoort.

Beroep dient te worden ingesteld door middel van een memorie, waarin de gronden van het beroep zijn vermeld en van een motivering zijn voorzien.

De memorie dient in zevenvoud te worden ingediend en vergezeld te zijn van zes kopieën van de beslissing waartegen beroep wordt ingesteld.

De appèlmemorie kan op de volgende wijze worden ingediend bij het Hof van Discipline:

a.              Per post

Het postadres van de griffie van het Hof van Discipline is: Postbus 132, 4840 AC Prinsenbeek.

b.              Bezorging

De griffie is gevestigd aan het adres Markt 44, 4841 AC Prinsenbeek. Bezorging kan uitsluitend plaatsvinden op de gebruikelijke werkdagen tot 15.00 uur.

c.              Per fax

Het faxnummer van het Hof van Discipline is: 076-5484608.

Tegelijkertijd met de indiening per fax dienen de originele stukken per post te worden toegezonden aan de griffie van het Hof in het vereiste aantal.

 

Voor het inwinnen van informatie: het telefoonnummer van het Hof van Discipline is: 076-5484607.