Naar boven ↑

Rechtspraak

Uitspraakdatum

12-04-2010

ECLI

ECLI:NL:TADRSHE:2010:YA0618

Zaaknummer

B 193-2009

Inhoudsindicatie

 

Inhoudsindicatie

Niet komen vast te staan dat uitlatingen van ex-client door opvolgend advocaat in de mond zijn gelegd. Advocaat mag afgaan op juistheid van mededelingen van zijn cliënt. Niet gebleken dat er sprake was van een klemmende reden om aan de onjuistheid daarvan te twijfelen.

Inhoudsindicatie

verzet ongegrond

Inhoudsindicatie

 

Uitspraak

 

 B 193 - 2009

 

Raad van Discipline

in het ressort ’s Hertogenbosch

 

 

Beslissing

 

inzake

 

het verzet tegen een voorzittersbeslissing

 

betreffende een klacht van  

 

klager

 

tegen

 

verweerder

 

 

1. Verloop van de procedure

 

1.1       Bij brief van 5 oktober 2009 heeft klager verzet aangetekend tegen de beslissing van de voorzitter van de raad dd. 29 september 2009.

 

1.2       De raad heeft voorts kennis genomen van de navolgende stukken:

- brief van klager dd. 31 december 2009, met bijlagen

- brief (pleitnota) van klager dd. 26 januari 2010

 

1.3       Het verzet is behandeld ter openbare zitting van de raad van 22 februari 2010.

Verschenen zijn : klager en verweerder.

 

2. De feiten

 

2.1       De raad gaat uit van de feiten zoals in de beslissing van de voorzitter omschreven, nu het verzet daartegen niet is gericht.  

 

3. De klacht

 

3.1       De klacht houdt in:

Verweerder heeft zich in zijn brief aan klager van 29 april 2009 onnodig grievend uitgelaten.

 

4. Beslissing van de voorzitter

 

4.1       De voorzitter heeft de klacht als kennelijk ongegrond afgewezen.

 

5. Het verzet

 

5.1       In zijn verzet voert klager samengevat het volgende aan:

Er is, in tegenstelling tot hetgeen de voorzitter heeft overwogen, juist geen sprake van ook maar enige onderbouwing voor de aantijgingen geproduceerd door verweerder.

 

6. Beoordeling van het verzet

 

Het onderzoek in verzet heeft niet geleid tot de vaststelling van andere feiten dan wel tot andere beschouwingen en gevolgtrekkingen dan die vervat in de beslissing van de voorzitter, waarmee de raad zich verenigt

 

7. Beslissing

 

De raad wijst het verzet als ongegrond af.

 

Aldus gegeven door mr. P.M. Knaapen, voorzitter, mrs. L.R.G.M. Spronken, R.F.L.M. van Dooren, J.F.E. Kikken en J.J.M. Goumans, leden, in tegenwoordigheid van mr. I.J.M. Huysmans – van Opstal, griffier, en in het openbaar uitgesproken op 12 april 2010

 

Griffier                                                            voorzitter

 

 

 

Verzonden op: 13 april 2010.

 

 

Ingevolge het bepaalde in artikel 46h lid 4 Advocatenwet kan tegen deze beslissing geen hoger beroep worden ingesteld.