Naar boven ↑

Rechtspraak

Behandeld in Nieuwsbrief NOvA Tuchtrecht Updates - 2019-1

Gegrond verzet en gegronde klacht. Bij het uiten van zware beschuldigingen als valsheid in geschrifte, diefstal en/of verduistering mag van een advocaat worden verwacht dat hij zich tevoren er van vergewist dat er voldoende grond voor dergelijke beschuldigingen bestaat. Het enkele feit dat aangifte is gedaan van een strafbaar feit is onvoldoende om als feit te stellen dat degene tegen wie de aangifte is gedaan, dit strafbare feit ook heeft gepleegd. Naar het oordeel van de raad had verweerder terughoudend behoren te zijn met het presenteren van dergelijke beschuldigingen als vaststaand feit, temeer omdat het verweerder bekend was dat er in het onderhavige geval geen strafrechtelijke veroordeling ter zake van valsheid in geschrifte, diefstal en/of verduistering had plaatsgevonden. Daarbij weegt de raad mee dat de beschuldigingen niet zijn geuit in een gerechtelijke procedure, maar in een e-mail aan derden, niet zijnde (juridische) professionals. Voorts kan verweerder zich niet verschuilen achter zijn cliënten, aangezien verweerder de verdenkingen van zijn cliënten in zijn e-mail van 7 november 2017 zonder enige afstand en zonder enig voorbehoud als feiten heeft gepresenteerd. Naar het oordeel van de raad heeft verweerder met zijn stellingname in de e-mail van 7 november 2017 jegens klager onbetamelijk en niet professioneel gehandeld door onvoldoende afstand te houden van de standpunten van zijn cliënten en klager zonder concrete onderbouwing te beschuldigen van valsheid in geschrifte, diefstal en/of verduistering. Klager is daardoor onevenredig in zijn belangen geschaad. Verzet en klacht gegrond, waarschuwing en kostenveroordeling.