Naar boven ↑

Rechtspraak

Na intrekking

Nu verweerder zijn ingestelde beroep heeft ingetrokken en sprake is van een door de raad opgelegde onvoorwaardelijke schorsing in de uitoefening van de praktijk, dient het hof ingevolge art. 56 lid 5 Adv.w. de aanvangsdatum van de schorsing te bepalen. Verweerder heeft het hof kenbaar gemaakt er de voorkeur aan te geven de schorsing op 22 juli 2016 dan wel 1 augustus 2016 te laten aanvangen. De deken stelt zich op het standpunt dat de schorsing spoedig dient aan te vangen. Dit leidt tot de beslissing dat het hof zal bepalen dat het onvoorwaardelijk deel van de door de raad opgelegde de schorsing (1 maand) op 18 juli 2016 aanvangt.