Naar boven ↑

Rechtspraak

Verjaring

Klager handhaaft in hoger beroep zijn standpunt dat verweerder de verjaring van zijn (mogelijke) vordering op X. had moeten stuiten. Het hof onderschrijft het oordeel van de raad dat het niet aan de tuchtrechter is om te beoordelen of en zo ja, wanneer de (mogelijke) vordering van klager op X. is verjaard. Dat oordeel is voorbehouden aan de civiele rechter. Dit neemt echter niet weg dat vaststaat dat verweerder in ieder geval in 2005 bekend was met het bestaan van een mogelijke vordering van klager op X. en het risico dat Y. mogelijk geen verhaal zou bieden wanneer de vordering van klager zou worden toegewezen. Verweerder had ter zake geen risico’s mogen nemen. Van verweerder had verwacht mogen worden dat hij op de mogelijkheid van verjaring bedacht zou zijn geweest en daarnaar had gehandeld.