Naar boven ↑

Rechtspraak

Zorgplicht

In het licht van het zwaarwegende belang van de wederpartij dat zij niet op lichtvaardige gronden in staat van faillissement wordt verklaard, kan een advocaat, wanneer hij namens een cliënt het faillissement van diens wederpartij aanvraagt, – anders dan bij het behandelen van veel andersoortige zaken – dan ook niet afgaan op door de cliënt verschafte informatie van algemene, weinig concrete aard over de financiële gegoedheid van de wederpartij, maar dient de advocaat, bij gebreke van concrete informatie, zelfstandig te onderzoeken of hetgeen hij ter onderbouwing van zijn verzoek daaromtrent aanvoert hard te maken valt. Dit temeer omdat de rechter in faillissementsaangelegenheden slechts een summier onderzoek naar het bestaan van gestelde schulden doet. In het geval de advocaat over ontoereikende informatie beschikt, mag worden verwacht dat hij afziet van indiening van de faillissementsaanvraag of deze tijdig intrekt. 

Verweerder heeft tijdens de zitting verklaard dat hij voorafgaand aan indiening van het faillissementsverzoek geen eigen onderzoek heeft verricht en louter is afgegaan op de mededelingen van zijn opdrachtgever, het deurwaarderskantoor, inhoudende dat klaagster de vordering klaarblijkelijk erkende en dat de belastingdienst een vordering op klaagster had, zonder dat verweerder ten tijde van de indiening van het verzoek over schriftelijk bewijs van de erkenning en het bestaan van de steunvordering beschikte, laat staan dat verweerder bekend was met concrete informatie hierover, zoals de hoogte van de steunvordering.