Rechtspraak
Verweerder heeft in strijd met de mededeling in zijn dagvaarding, dat op de eerst dienende dag bij akte de producties door hem zullen worden overgelegd, die producties niet gelijktijdig aan klaagsters gestuurd en daarmee in strijd gehandeld met gedragsregel 15 lid 1 (oud). De raad oordeelt voorts dat de directe gevolgen van deze niet tijdige toezending voor de voorbereiding en de behandeling van de kantonzaak door klaagster sub 2 en voor de beoordeling van klaagsters of wellicht beter een regeling in der minne diende te worden getroffen na kennisname van die producties, geen zelfstandige schending van andere gedragsregels opleveren. Voorwaardelijke schorsing voor drie maanden, mede vanwege bekendheid van de raad met acht gelijktijdig lopende klachtzaken jegens deze verweerder met hetzelfde patroon, waarvan 7 eveneens op 11 juni 2018 (grotendeels) gegrond zijn geoordeeld.