Naar boven ↑

Rechtspraak

Contant geld naar Suriname brengen

(…) dat verweerder een aanzienlijk bedrag in contanten (€ 33.500,-) (…) naar Suriname heeft gebracht en heeft doen brengen. In Suriname is het geld, (…), afgegeven aan het accountantskantoor (…). De deken voert aan dat verweerder daarmee artikel 10 Vafi heeft geschonden. Verweerder doet een beroep op artikel 9 lid 2 Vafi, luidende: De advocaat mag slechts gelden, (…) aannemen of bewaren, indien hij zich ervan heeft vergewist welke gelden, (…) het betreft en zich ervan heeft overtuigd dat dit in het kader van een door hem behandelde zaak een redelijk doel dient. Verweerder voert in de grieven 9 en 10 kort samengevat aan dat niet is gehandeld in het kader van de praktijkuitoefening. Het geld diende niet voor zijn honorarium. Voorts zouden de artikelen 10 leden 2 en 3 van de Vafi niet van toepassing zijn. Het hof overweegt als volgt.

Van enige noodzaak voor het transport van contant geld naar Suriname is het hof niet gebleken. Niet valt in te zien dat door X of de Stichting niet via een (Nederlandse) bank geld overgemaakt had kunnen worden naar het accountantskantoor in Suriname. Dat kantoor zal in Suriname een eigen bankrekening aanhouden. Van enig redelijk doel gemoeid met het in ontvangst nemen, bewaren en transporteren van contant geld, of enige rechtvaardiging daarvoor is het hof niet kunnen blijken. De jaarstukken moesten worden opgemaakt, aldus verweerder, ten behoeve van de Bibob-procedure tegen de gemeente. De handelwijze (transporteren ten behoeve van het administratiekantoor) houdt kennelijk nauw verband met de andere zaken die verweerder behandelde voor X. Aldus is er geen sprake van gedragingen die niet onder de werkingssfeer van de Vafi zouden vallen.

(HvD 21 november 2014, 7147)