Naar boven ↑

Rechtspraak

Dossier- en zaaksbeheer

Verweerder heeft tijdens het kantoorbezoek (…) verklaard het Kantoorhandboek van de Nederlandse Orde te gebruiken. Op grond van artikel 6.2 lid 1 van de Verordening op de advocatuur richt de advocaat de organisatie van zijn kantoor, alsmede de dienstverlening aan de cliënt adequaat in. Op grond van artikel 6.4 lid 1 sub f van de Verordening op de advocatuur wordt in het kantoorhandboek beschreven op welke wijze de advocaat voldoet aan de voor hem geldende regels betreffende het dossier- en zaaksbeheer. (…)

Op grond van de door verweerder niet bestreden bevindingen van de deken en de erkenning van verweerder dat zijn dossiers “nagenoeg leeg zijn” stelt het hof vast dat verweerder niet voldoet aan de voor hem geldende regels ten aanzien van dossiervorming. Dat is in strijd met de Verordening op de advocatuur en een nalaten dat een behoorlijk advocaat niet betaamt als bedoeld in artikel 46 van de Advocatenwet. Het nalaten van verweerder in dat opzicht is, zeker gezien de duur en de mate van dat nalaten, ernstig verwijtbaar.

(HvD 9 januari 2017, 160159)