Naar boven ↑

Rechtspraak

Berouwvolle houding

T.a.v. de op te leggen maatregel overweegt het hof dat het lenen van gelden van de derdengeldrekening zeer ernstig verwijtbaar is. Verweerder heeft bij de behandeling van de klacht door de raad mogelijk onvoldoende doen blijken zich van de ernst van deze gedraging bewust te zijn, hetgeen de raad bij het opleggen van de maatregel in zijn overwegingen betrokken heeft. Bij de behandeling in appel heeft verweerder echter uiteengezet dat hij inziet hoe ernstig het lenen van gelden van de derdenrekening is. Verweerder heeft het hof verzekerd dat hij nooit meer aan de derdenrekening ‘zal komen’ en heeft erop gewezen de van de derdenrekening opgenomen gelden te hebben teruggestort. In aanmerking genomen dat de grief tegen klachtonderdeel b gegrond wordt verklaard en gezien de houding die verweerder bij de behandeling door het hof heeft ingenomen, acht het hof de maatregel van een voorwaardelijk schorsing voor de duur van een week passend.