Rechtspraak
Art. 13-beklag
De deken heeft met juistheid overwogen dat voor twee van de drie procedures geen rechtsbijstand door een advocaat is voorgeschreven en dat een procedure tegen de rechtbank in verband met de beslissing van de kantonrechter van 30 augustus 1996 kansloos moet worden geacht. Voorts overwoog de deken met juistheid dat een procedure tegen D niet bij de rechtbank Noord-Holland kan worden gevoerd, zodat de deken Noord-Holland niet bevoegd is daarvoor een advocaat aan te wijzen. Het hof is van oordeel dat dit gegronde redenen zijn om de verzoeken van klager af te wijzen.