Naar boven ↑

Rechtspraak

Vast staat dat verweerder geen onderzoek heeft gedaan naar de juiste tenaamstelling van zijn cliënte. Dit laatste brengt niet zonder meer mee dat verweerder tuchtrechtelijk verwijtbaar heeft gehandeld. In dat verband is van belang dat de inleidende dagvaarding en het herstelexploot zijn uitgebracht onder verantwoordelijkheid van andere advocaten. Bovendien bevond zich in het dossier een uittreksel van de Kamer van Koophandel bevond. Relevant in dat kader is dat het verschil tussen de informatie zoals die uit het Handelsregister blijkt en de naam van de eisende partij in de procedure zich beperkt tot de letter “C”. Het heeft er dan ook de schijn van dat abusievelijk door de voorganger(s) van verweerder vergeten is de letter “C” ook in de processtukken een plaats te geven. Deze omissie rechtvaardigt niet de conclusie dat sprake is van tuchtrechtelijk laakbaar gedrag van verweerder. Verweerder heeft gesteld dat evident is dat met de omschreven naam in de processtukken dezelfde vennootschap wordt bedoeld als de vennootschap zoals omschreven in het uittreksel van de Kamer van Koophandel. De voorzitter heeft geen reden daar anders over te denken.

Klacht kennelijk ongegrond.