Naar boven ↑

Update

Nummer 15, 2025
Uitspraken van tot

In de vakantieperiode zal er geen nieuwsbrief verschijnen. Wij wensen u een goede zomer en op donderdag 4 september 2025 zal nummer 16 verschijnen. 

Onder het kopje ‘Selectie uitspraken door de NOvA’ wordt toegelicht waarom de uitspraken zijn geselecteerd. Door te klikken op het ECLI-nummer wordt u doorgeleid naar de database NOvA Tuchtrecht Updates.  

Onder het kopje ‘Samenvattingen’ vindt u de samenvattingen die door de tuchtcolleges ten behoeve van de publicatie zijn gemaakt. Deze samenvattingen zijn ook te vinden in de database NOvA Tuchtrecht Updates.  

Selectie uitspraken door de NOvA  

ECLI:NL:TADRARL:2024:260: Schrapping van het tableau wegens ernstige schending zorgplicht en cliëntcommunicatie 
Deze zaak betreft een klacht van een cliënt tegen zijn advocaat over de gebrekkige communicatie en tekortschietende belangenbehartiging tijdens een civiele procedure. Verweerder liet na om klager tijdig te informeren over cruciale processtappen, zoals het verstrekken van een conceptdagvaarding en het doorsturen van ingediende processtukken. Klager heeft hierdoor zeer lang in onzekerheid verkeerd en heeft herhaaldelijk moeten vragen om stukken te ontvangen, waarbij verweerder slecht of niet bereikbaar was en nauwelijks reageerde op berichten of verzoeken van klager. Daarnaast heeft verweerder zonder volledig overleg een conclusie van repliek en een akte rechtstreeks bij de rechtbank ingediend, zonder deze eerst aan klager ter goedkeuring voor te leggen. Dit heeft klager de kans ontnomen om adequaat te reageren op stukken van de wederpartij en heeft geleid tot ernstige onzekerheid over het verloop van de zaak.  

De raad overweegt dat verweerder zijn meest basale verplichtingen uit de gedragsregels heeft geschonden door onder meer structureel niet bereikbaar te zijn, toezeggingen niet na te komen en geen deugdelijke informatievoorziening te bieden. Verder heeft verweerder niet zorggedragen voor tijdige vervanging of adequate communicatie richting klager. Het feit dat verweerder inmiddels van het tableau is geschrapt – na een beslissing van het hof in een eerdere zaak – doet daar niet aan af, het tuchtrechtelijk oordeel blijft relevant voor zijn handelen daarvoor.  

Gelet op het ernstige tekortschieten in de belangenbehartiging en het structureel negeren van de cliënt, acht de raad de klacht in alle onderdelen gegrond. De schrapping van verweerder van het tableau is hiermee nogmaals bevestigd.  

ECLI:NL:TADRSGR:2024:206: Schorsing wegens schending financiële integriteit na aanhoudende weigering overboeking derdengelden 
Klacht over de eigen advocaat. De advocaat weigert – ondanks meerdere eerdere tuchtrechtelijke uitspraken – derdengelden volledig en tijdig over te maken. Verweerster heeft het bedrag pas zes maanden na de laatste uitspraak van het hof deels betaald en heeft een deel van het aan klaagster toekomende bedrag zonder haar toestemming verrekend met vermeende openstaande declaraties. Klaagster verwijt verweerster dat zij hiermee geen uitvoering heeft gegeven aan onherroepelijke tuchtrechtelijke beslissingen en bovendien onjuiste informatie heeft verstrekt aan meerdere instanties. 

Verweerster stelt dat zij wel degelijk recht had op verrekening en dat klaagster nog declaraties moest voldoen. Ook betoogt zij dat zij de voorzieningenrechter juist heeft geïnformeerd over haar vordering. De raad volgt dit verweer niet. Verweerster heeft, na het oordeel van de raad, nagelaten om de tuchtrechtelijke uitspraken na te leven. Bovendien heeft zij in meerdere procedures stellingen ingenomen over de financiële afwikkeling van de zaak, waarvan zij wist of behoorde te weten dat die onjuist waren. Zij heeft ook nagelaten om rechterlijke instanties volledig en naar waarheid te informeren over de stand van zaken.  

De raad oordeelt dat verweerster heeft gehandeld in strijd met de kernwaarde (financiële) integriteit. De klacht is gegrond verklaard. Gelet op de ernst van het handelen en het herhaaldelijk negeren van eerdere uitspraken wordt aan verweerster een schorsing van zes weken opgelegd.

ECLI:NL:TAHVD:2024:272: Dekenbezwaar over herhaald onvoldoende onderbouwd verzoek tot aanwijzing advocaat ongegrond verklaard 
Deze uitspraak ziet op een klacht over een weigering van de deken om een advocaat aan te wijzen voor klager. Klager heeft herhaaldelijk verzocht om toewijzing van een advocaat voor dezelfde kwesties, waaronder procedures tegen de staat en voortzetting van eerder verleende rechtsbijstand. Herhaaldelijk heeft klager onvoldoende feitelijke en begrijpelijke onderbouwing bij zijn verzoek gevoegd. Volgens de deken heeft het verzoek onvoldoende kans van slagen en heeft klager bovendien zelf niet genoeg geprobeerd om een advocaat te vinden. 

Het hof stelt vast dat klager al diverse keren voor vergelijkbare verzoeken is afgewezen; het ging telkens om verzoeken zonder nieuwe feiten of verbeterde onderbouwing. Er is sprake van een patroon waarbij klager zijn verzoeken te weinig motiveert, ondanks verschillende aanwijzingen en afwijzingen van de deken. Dit wordt als misbruik van klachtrecht beschouwd. Het beklag wordt ongegrond verklaard.  

Samenvattingen (bron: tuchtcolleges)